Den achtsten december achttien honderd een en tachtig, zijn voor ons, ambtenaar van den burgelijken stand te Breda, in het openbaar ten gemeentehuize alhier verschenen, teneinde hun voorgenomen huwelijk te voltrekken, Cornelis Grootens, oud drie en twintig jaren, metselaar, geboren en wonende alhier, laatst gewoond hebbende te 'S Princenhage, meerderjarige

zoon van Johannes Grootens, kleermaker, wonende te  'S Princenhage, en van wijlen Wilhelmina van de Laar, zijne echtgenoot, en Helena Francisca Wagemakers, oud vier en twintig jaren, dienstbode, geboren te Steenbergen, wonende alhier, meerderjarige dochter van Petrus Wagemakers, en van Maria Cornelia van der Steen, beiden zonder beroep, echtelieden, wonende te Tilburg.

De afkondigingen van dit huwelijk hebben zonder stuiting* plaats gehad alhier en te 'S Princenhage, op zondagen den zesden en den dertienden November dezes jaars

De aanstaande echtgenoten hebben aan ons overgelegd hunne geboorteacten, de overlijdensacte van de moeder van den bruidegom en het bewijs der gedane huwelijksafkondigingen te 'S Princenhage.

De vader van den bruidegom en de ouders van der bruid hier tegenwoordig hebben verklaard tot dit huwelijk hunne toestemming te geven.

De comparanten hebben verklaard als het hunne te erkennen een kind van het mannelijk geslacht geboren te Chaam den negenden mei achttien honderd zeven

Vervolg volgende pagina: en zeventig, in de geboorteregisters ingeschreven als Antonius Petrus Wagemakers zoon van Helena Francisca Wagemakers.

Vervolgens is door ons aan de comparanten afgevraagd, of zij elkander aannemen tot echtgenooten, en of zij getrouw al de pligten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn, hetwelk door hen bevestigend is beantwoord, waarop wij in naam der wet hebben verklaard, dat zij door den echt aan elkander zijn verbonden.

In tegenwoordigheid van Cornelis Wagemakers, oud zes en twintig jaren, winkelknecht, broeder van de bruid, wonende alhier; Johannes Grootens, oud een en veertig jaren, metselaar, broeder van den bruidegom, wonende te 'S Princenhage; Hendrik van Dongen, oud vier en dertig jaren, metselaar, wonende alhier; en Adrianus Willemsen, oud vijf en twintig jaren, metselaar, wonende te 'S Princenhage;

Voorlezing dezer acte is door ons gedaan aan de comparanten en de getuigen, die met ons hebben onderteekend,

stuiting* (=verhindering)